De Zweedse natuur staat open voor iedereen, maar men moet voorzichtig zijn met de natuur en eerbied hebben voor zowel mens als dier. Het allemansrecht is geen formele wet in Zweden, het is eerder een oud gewoonterecht.
Hieronder een paar voorbeelden van wat je wel en niet mag in de Zweedse natuur. De volledige tekst van het Allemansrecht vind je op de website van Naturvårdsverket.
Dit mag je :
![]() |
Je mag je vrij over andermans land of water bewegen, zolang dit geen hinder of ongemak voor de eigenaar van het land of water veroorzaakt. |
![]() |
Je mag enkele dagen kamperen met een tent op het land van een ander, maar vraag de eigenaar van het land liefst vooraf om toestemming. |
![]() |
Je mag bloemen, bessen en paddestoelen plukken voor eigen gebruik. |
![]() |
Je mag een kampvuur aanleggen, maar overtuig je er eerst van dat er geen vuurverbod geldt. |
Dit mag je niet :
![]() |
Je mag geen bomen omhakken of omzagen. |
![]() |
Je mag geen afval achterlaten in de natuur. |
![]() |
Je mag niet met een motorvoertuig in het terrein rijden. |
![]() |
Je mag niet jagen en/of vissen. Vrij vissen mag je alleen langs de kust en in de vijf grootste meren. In alle overige wateren dien je te beschikken over een visvergunning. |
![]() |
Je mag in de periode van 1 maart tot en met 20 augustus je hond niet los laten lopen. Buiten deze periode dien je je hond zodanig onder controle te hebben dat deze geen last veroorzaakt voor de wilde dieren. |
N.B. Het allemansrecht geldt niet in natuurreservaten en andere beschermde natuurgebieden.
Meer informatie over het allemansrecht vind je in de brochure Het Allemansrecht - een unieke gelegenheid van Naturvårdsverket.